Veertig ton vuurwerk
Eind 2016 is in het Duitse Kevelaer een grote hoeveelheid vuurwerk door de Duitse politie in beslag genomen. Het lag opgeslagen in drie bunkers. Die maken deel uit van een voormalig militair depot. Volgens de Duitse pers ging het om 40 ton vuurwerk. Huurders van die bunkers waren drie Nederlanders. Handel in vuurwerk was voor hen bron van inkomsten.
Onderzoek tegen de drie was al in 2015 gestart en schijnbaar was ook al snel duidelijk dat het illegale vuurwerk vanuit Polen naar Nederland kwam, maar net over de grens werd opgeslagen. In juni 2018 zijn de drie veroordeeld. Op 21 mei van dit jaar was de uitspraak van het hoger beroep.
Gewone telefoons
Ook in de drie hoger beroep zaken spelen telefoons een belangrijke rol. Telefoons werden namelijk op grote schaal gebruikt om te communiceren met afnemers. Zo staat in dit hoger beroep dat:
In het huisje zijn voorts in de woonkamer handgeschreven lijstjes aangetroffen met namen, bedragen en vuurwerk gerelateerde woorden als pijlen en shots. In een open keukenkast van het huisje zijn 7 mobiele telefoons en 28 prepaid simkaarten gevonden.
De business vond deels vanuit een vakantiehuisje in de directe omgeving van de bunkers plaats. Het grote aantal simkaarten is verder niet uitgewerkt. Dat het helpt bij het aanhouden van meerdere identiteiten en moeilijke traceerbaarheid is de lezer wel duidelijk.
Oordeel over PGP telefoons
Het trio maakte echter ook gebruik van PGP telefoons. In het hoger beroep staat bij de vraag of hier sprake was van een criminele organisatie het volgende over te lezen:
De verdachten verbleven met het oog op de handel in een nabij de opslagplaats gelegen vakantiehuisje en maakten voor overleg veelvuldig gebruik van PGP telefoons, bijnamen voor klanten en aparte benamingen of afkortingen voor de te verhandelen waar. […]
Direct daarna staat:
In het licht van de beschreven feiten en omstandigheden is tussen de verdachte, [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] sprake geweest van een samenwerkingsverband gedurende tenminste enkele maanden met een zekere duurzaamheid, structuur en taakverdeling.
De vraag of dit samenwerkingsverband moet worden gezien als een criminele organisatie moet bevestigend worden beantwoord. […]
Conclusie
Als in een rechtszaak aandacht wordt besteed aan PGP telefoons hoeft het niet om moord of drugshandel te gaan. Deze drie zaken laten zien dat klanten van dit type telefoons zich ook met andere vormen van criminaliteit kunnen bezighouden. Handel in vuurwerk op deze enorme schaal is geen uit de hand gelopen hobby. Het is een vorm van georganiseerde criminaliteit waarbij dit soort telefoons schijnbaar onmisbaar zijn.
(De twee hoofdverdachten zijn in hoger beroep veroordeeld tot 30 respectievelijk 32 maanden. Extra verzwarend was dat beiden reeds eerder voor hetzelfde type vergrijp zijn veroordeeld.)