Verbod elke negatieve reactie te verbieden

We zien het met grote regelmaat: partijen die alles doen om te voorkomen dat er iets negatiefs over medewerkers, werkmethoden dan wel producten wordt gepubliceerd. Sommigen kiezen daarvoor de route van de blafbrieven van advocaten, anderen verstoppen op slinkse wijze verbodsclausules in de leveringsvoorwaarden.

Om te begrijpen waar die over gaat – stel dat dat nodig is – volstaat een simpele speurtocht door de fora van programma’s als Kassa en Radar. Daar staat het vol van klachten over leveranciers van telecomdiensten, voorzetramen, verzekeringen en weet ik wat nog meer, die het in de ogen van de klagers dubbel en dwars waard zijn publiekelijk aan de schandpaal genageld te worden. “Doe nooit zaken met X want dat is een …..”

Ook in de meer zakelijke omgeving kom je deze twee extreme vormen van bescherming en aanval tegen. Zo weet ik van een aantal webhosters die in de voorwaarden hebben opgenomen dat zijn het recht hebben negatieve waarderingen te bestraffen met een direct opeisbare boete. Er schijnt in het Noord Brabantse zelfs een hoster te zijn (geweest?) die het presteerde in zijn voorwaarden op te nemen dat hij het recht heeft op fora uit naam van zijn klant een positieve review te publiceren.

Kortom het is zowel B2C als B2B her en der een zooitje. Maar wordt er ook tegen op getreden, en zo ja hoe bewandel je dan de weg als klager die zich geconfronteerd ziet met een verbod te klagen?

In de/het NRC van 8 februari staat heel kort vermeld een zaak van notaris Thomas L. uit Rotterdam, waarover de krant al eerder schreef. De heer L. is inmiddels een ex-notaris want hij heeft een beroepsverbod opgelegd gekregen. Om dat voor elkaar te krijgen heeft hij het aanzien van het notariaat ernstig geschonden en daarbij geen zicht blijk gegeven van bereidheid zijn gedrag te verbeteren.

Het kranten artikel maakt melding van de fouten en tekortkomingen en daarbij werd iets genoemd dat mij interesseerde: in de aktes die opstelde was opgenomen
“Partijen verklaren in overweging te nemen dat:(…) 6. de heer[naam] verklaart dat hij geen negatieve beoordeling op enige site zal plaatsen.”
Dat is dus een variant op het thema dat ik hierboven al beschreef. En wat het Gerechtshof van Amsterdam in hoger beroep bepaald? Dat deze constructies klachtwaardig zijn. (De uitspraak leest op dit punt wat lastig omdat het gewraakte verbod op negatieve uitingen staat in feiten 3.2, waarnaar in standpunt van de klager 4.2 wordt verwezen. In de beoordeling 6.9 wordt naar 4.2 verwezen, dus moet je even helemaal terug naar het begin om te begrijpen waar het exact over gaat).

Klachtwaardig leidt in de beslissing (punt 7) tot: verklaart klachtonderdelen 4.1 en 4.2 gegrond met oplegging van de maatregel van ontzetting uit het ambt, ingaande op maandag 10 februari 2014, 00.00 uur.
Grote vraag is nu natuurlijk hoeveel ondernemers en maatschappen die vol negatief-enthousiasme verboden hanteren doorhebben dat deze zaak klanten en prospects wakker kan schudden.