Het heen en weer verhuizen van KPN past bij het bedrijf. Het is illustratief voor het ontbreken van een visie voor de langere termijn. Afdelingen worden uit de grond gestampt, personeel geworden en opeens blijkt dat niet te passen bij de gewenste strategie. Bedrijven worden overgenomen en afgestoten omdat de klantgroepen die het bedient toch niet KPN waardig genoeg zijn.
Wat hierboven staat is al meer dan een decennium aan de orde en eigenlijk geen echt nieuws meer. Het is de garnering voor de twee menu’s waarmee KPN dit jaar dacht indruk te maken.
Menu een, de CEO ,begon met de klucht rond het vertrek van de CEO. Ibarra zal de boeken in gaan als de CEO die iedereen binnen en buiten KPN snel zal willen vergeten. Indruk heeft hij alleen gemaakt op het moment dat hij zijn vertrek aankondigde. Het foutieve persbericht van corporate communicatie dat was veelzeggend. Het bedrijf was duidelijk niet op de hoogte van de carriere move en moest dat uit de pers vernemen.
Het menu bestond ook uit, de overhaaste voordracht van een nieuwe kandidaat en de opvolgende implosie. Met de Belgische Dominque Leroy dachten de RvC en RvB een waardige opvolger voor Ibarra te presenteren. Inderdaad zou het een verschil hebben kunnen maken. Leroy was immers tot voor de zomer van 2019 bij Proximus, de Belgische tegenhanger van KPN.
Maar helaas voor KPN bleek Leroy op de meest dodelijke wijze besmet te zijn. As we speak loopt nog steeds het strafrechtelijk onderzoek tegen haar naar handel in voorkennis. De beursautoriteiten hebben namelijk vastgesteld dat zij de aandelen Proximus van de hand heeft gedaan op het moment dat ze in gesprek raakte met KPN. De rest van de Belgische markt, inclusief de top van Proximus, wist op dat moment nog van niks.
Leroy is afgeserveerd en Joost Farwerck mag nu de kar trekken. De dubbele CEO klucht zegt zoveel over de capaciteiten en vaardigheden van de RvC van KPN. Als koks zullen ze het niveau van pannenkoekenbakkers niet overstijgen.
Snackbarketen KPN probeert zieltjes te winnen voor een complexe hap die mogelijk geleverd gaat worden in een deel van de filialen tegen een prijs die niet passend is voor een fastfood cultuur. De fastfood concurrent (lees: de kabel) in de hoofdstad heeft daar weinig van te vrezen. Alle filialen (lees: wijken in Amsterdam) zitten goed gevuld en leveren een uitermate prettige omzet.