De EU streeft naar veel bandbreedte voor alle bewoners en bedrijven. Zodoende wordt een gedegen basis gelegd die de samenleving maximaal laat profiteren van de moderne digitale mogelijkheden.
Klinkt aardig, maar is niet correct. Beter gezegd, een heel belangrijke component ontbreekt. De focus op techniek doet namelijk vergeten dat er van de gebruikers ook het nodige wordt verwacht. Kunnen omgaan met computers, de weg weten te vinden op het worldwideweb en ten minste de basis principes van zich veilig online bewegen. Hoeveel miljoenen daar al afgelopen jaren tegen aan gegooid is door Europa en nationale overheden, geen idee. Dat er nog steeds groepen gebruikers zijn die digibeet zijn is onomstreden.
Opvallend weinig wordt er geschreven over de relatie tussen de focus op techniek en bijbrengen van digitale vaardigheden. Daarom valt ook de opmerking van Chief executive Helen Milner, van de digitale trainingscentra’s Tinder op. Zei stelt dat er de laatste jaren voldoende in infra is gestopt en dat we moeten ophouden dat als belangrijkste voorwaarde te zien om iedereen online te krijgen. Dat er supersnel breedband is wordt zelfs steeds vaker als argument gebruikt niet online te kunnen zijn, het supersnelle is namelijk te duur.
Milner is van mening dat het niet hebben van internet slechts 1% van het digibetisme verklaart. In alle andere gevallen is het gebrek aan motivatie de voornaamste reden. Zou onjuiste focus en marketing er toe leiden dat de minder gemotiveerden zich op een steeds grotere en onoverbrugbare achterstand gezet voelen?